Voedsel voor vissen.

Plaats reactie
Gebruikersavatar

Onderwerp auteur
Biancab
400-600
400-600
Berichten: 587
Lid geworden op: 15 mar 2008 19:17
Locatie: Lisserbroek

Voedsel voor vissen.

Bericht door Biancab »

Een van de belangrijkste levensverrichtingen is het opnemen van voedsel. In de natuur zoekt elk dier het voor hem meest geschikte voer; in het aquarium zijn onze vissen alleen aangewezen op datgene wat wij hun verstrekken. Indien we, doordrongen van onze verantwoordelijkheid, de dieren gezond willen houden zodat ze zich op hun eigen, karakteristieke wijze gedragen en zich voortplanten, dan zullen we de moeite moeten nemen aan hun voedingseisen zo veel mogelijk tegemoet te komen. Helaas wordt maar al te vaak door gemakzucht de voeding der dieren sterk verwaarloosd en is deze, in tegenstelling tot die in de vrij natuur, veel te eenzijdig. Elk voedsel bevat bepaalde voedingsstoffen. Juiste voeding is dan ook alleen maar mogelijk door afwisseling. Onjuist voederen is oorzaak van vele ziekten, want ziekteverwekkers (altijd en overal aanwezig) krijgen hun kans als het dier door verzwakking een verminderde weerstand heeft gekregen. In dit stuk zal ik in het kort de voor iedereen verkrijgbare soorten voer en eventueel het kweken hiervan behandelen.

Droogvoer;
Droogvoer is een verzamelnaam voor industrieel bereid visvoer. Het is meestal samengesteld uit hoogwaardige bestanddelen, die in oorspronkelijke toestand tot normale voeding van de desbetreffende dieren behoren. Door toevoeging van vitaminen en door de moderne bereidingsmethoden kan men hiermee de gewenste afwisseling in de voeding van onze aquariumvissen bereiken, vooral indien we nog allerlei variaties aanbrengen in het assortiment droogvoer. In geval van bijzondere voedingseisen kan men gebruik maken van voer van speciale samenstelling, bijvoorbeeld met hoofdzakelijk plantaardige bestanddelen. Voor alle droogvoer geldt: beschouw het alleen als hulpvoer ter afwisseling en voeder spaarzaam! Weliswaar leidt een teveel aan modern droogvoer niet direct tot vertroebeling van het water, maar wel tot rottingshaarden ten gevolge waarvan het gehele aquarium kan worden vergiftigd!

Levend voer;
In vrijwel alle gevallen verdient levend voer de voorkeur, dat dan kan worden afgewisseld met droogvoer. Hetgeen aan levend voer in de handel wordt aangeboden blijft veelal beperkt tot tubifex en afhankelijk van het seizoen rode en witte muggenlarven.
Voor de broodnodige variatie zullen we zelf op stap moeten. Vrijwel overal is water te vinden waarin de door ons gezochte voedseldieren voorkomen. Een gekocht schepnet en een plastic transportemmertje is alles wat we nodig hebben.

Het invriezen van voer;
Al het besproken slootvoer leent zich bij uitstek om te worden ingevroren. Van de vaak grote hoeveelheden gevangen voedseldieren sterft in vele gevallen een hoog percentage in de voorraademmer. Beter is het daarom direct bij thuiskomst een gedeelte in te vriezen en aldus te bewaren. Een bijkomend voordeel is dat eventueel schadelijke dieren geen onheil in het aquarium kunnen aanrichten.
Na een gedeelte van de vangst in een zeefje of netje te hebben laten uitlekken brengen we dit over in het liefst kleine plastic doosjes. Na invriezen worden de plakken of blokken voedseldieren uit de doosjes verwijderd en in plastic zak overgebracht, waarna de doosjes weer voor de volgende porties kunnen worden gebruikt.
Men kan het ingevroren voedsel eerst laten ontdooien en dan voeren, maar in een niet al te kleine bak kan men het ook bevroren in het aquarium doen, waarna het langzaam uit elkaar valt. Ook gekochte tubifex, muggenlarven en vlees van warmbloedige dieren, zoals geschraapt runderhart, kunnen worden ingevroren.

Voedsel voor jongbroed (opfokvoedsel)
Van de meeste vissoorten zwemmen de jongen niet direct na het uitkomen, maar hangen aan de wanden van de kweekbak en aan de planten of bevinden zich onder de hoede van de ouders (cichliden). Gedurende deze periode voeden de visjes zich met de resten van de eierdooier, die men als de dooierzak aan het visje ziet hangen. Nadat deze dooierzak is opgeteerd, is het zaak zo afwisselend mogelijk te voederen.
Welk voedsel ze de eerste tijd nodig hebben (van doorslaggevend belang voor hun verdere ontwikkeling) hangt af van de grootte der jongen. Bij het aanschouwen van de minuscule visjes wordt het duidelijk dat we dit vereiste voer in het microscopisch kleine moeten zoeken.
Het beste is ongetwijfeld ‘natuurlijk stofvoer’, hetgeen met een voor dit doel geschikt net in vijvers en plassen kan worden gevangen. Voor de aspirant-kweker is dit meestal geen eenvoudige zaak. Het zelf vervaardigen van fijnmazige netten om het gewenste opfokvoer te vangen is geen sinecure. Voor het naaien van het uiterst fijne weefsel is vaak de kleinste naald en het fijnste nylongaren nog te grof, waardoor tijdens het vangen vele voedseldieren door de gaatjes ontsnappen. Het beste voldoet dan ook een met watervaste weefsellijm geplakt nylon planktonnet.

Micro-aaltjes.
Het micro-aaltje (anguillula silusiae, soms ten onrechte azijnaaltje genoemd) is maar enkele mm groot en kan eenvoudig worden gekweekt in een papje van havermout en melk. We nemen kleine bakjes met een goed afsluitend deksel en doen hierin het papje tot een hoogte van circa 2 cm, waarna de kweekportie wordt ingebracht. Bij een temperatuur van ongeveer 25 graden verloopt de kweek voorspoedig. Micro-aaltjes blijven in het aquarium lang in leven en vormen een uitstekend voedsel.

Enchytreeën.
Enchytreeën (Enchytraeus albidus) behoren tot de borstelwormen en worden ongeveer 2-3 cm groot. Men kan ze kweken in een plastic of styropor bloembakje met als minimale afmeting 10 x 40 cm en 10 cm hoog. Het bakje wordt afgedekt met glas (wel zorgen voor wat ventilatie), en als kweekbodem gebruiken we potgrond of turf dat het vocht beter vasthoudt.
De wormen worden gevoerd met brinta of havermout. Er moet zo veel worden gevoerd dat het binnen twee, hooguit drie dagen op is, om rotting te voorkomen. Verder moeten we de grond vochtig houden (besproeien met water waaraan een vitaminepreparaat is toegevoegd). De beste kweektemperatuur ligt rond de 15 graden.

Grindalwormen.
Grindalwormpjes (Enchytraeus buchholzi) bereiken slechts een lengte van 6-10 mm en zijn een ideaal voedsel, met name voor jonge vissen van circa 1-2,5 cm. De kweek is net zoals die van de enchytreeën. Alleen kan het bakje wat kleiner blijven en ligt de kweektemperatuur iets hoger dan bij enchytreeën, namelijk tussen de 20- 24 graden.

Pekelkreeftjes.
Pekelkreeftjes (Artemia salina) leven in zoutmeren in de Verenigde Staten en bereiken een lengte van ongeveer 1,5 cm. De eieren van deze kreeftjes zijn in de aquariumhandel te koop en we laten die in zout water uitkomen. De pas uitgekomen larven, naupliën genaamd, vormen een uitstekend voedsel voor onze jonge vissen. Daar ze onschadelijk zijn en voedingsrijp, kunnen we ze bij sommige vissoorten (bijvoorbeeld eierleggende tandkarpertjes) reeds vanaf de eerste dag toedienen. De methode die voor het verkrijgen van Artemia-naupliën het meest wordt toegepast is die waarbij de eitjes in plastic of glazen potten met een zoutoplossing worden gedaan. Het te gebruiken zout dient jodiumvrij te zijn (verkrijgbaar in de reformzaken) of het in de aquariumzaken aanwezige zeezout. Een oplossing van circa 30 g (= 3 theelepels) op 1 liter water wordt in de pot gebracht, waarbij we het niveau tot ongeveer 5 cm onder de rand van de pot houden. Nadat de gewenste hoeveelheid eitjes (1 theelepel) is ingebracht, zorgen we dat een goede doorluchting de zaak in beweging houdt. Bij een temperatuur van 25 tot 28 graden komen de naupliën na ongeveer 24 uur uit.

Fruitvliegjes.
Het fruitvliegje (Drosophila melanogaster) kweken we in een pot waarin een voedingsbodem is aangebracht. Hierop leggen we houtwol, styroporsnippers (verpakkingsmateriaal) of stukjes ongekleurd toiletpapier, om te voorkomen dat de vliegjes aan de voedingsbodem vastkleven. Afhankelijk van de temperatuur kunnen we reeds 1-3 weken na het opzetten van de kweek vliegjes oogsten. Het voeren gebeurt eenvoudig door ze uit de pot op het wateroppervlak van het aquarium te strooien, waarbij we ervoor zorgen dat er geen delen van de voedingsbodem in het aquarium terechtkomen.
De voedingsbodem bestaat uit een mengsel van 6 sneden brood, 2 bananen, ½ ä 1 zakje gistkorrels of evenredig bakkersgist, 1 mespuntje nipagine (tegen schimmelvorming en verkrijgbaar bij de apotheek) en de nodige vitaminen in de vorm van kalk, een lepeltje druivensuiker, vitamine A-D.

Slootvoer.

Radardiertjes (Rotifera)
Radardiertjes vormen een groep zeer kleine diertjes die vooral in vijvers voorkomen. De soorten die het meeste voorkomen zijn Brachionus rubens en hydatina senta. Men vangt ze het beste in ondiepe wateren met een lang, toelopend nylonnet, dat aan de voorzijde is voorzien van een grover stuk nylon waardoor grotere dieren worden tegengehouden. Later zeeft men ze uit het water waarin ze mee naar huis worden genomen. Ze vormen een uitstekend voedsel voor jonge vissen.

Watervlooien.
De watervlo dankt haar naam aan de typische, hippende manier van voortbewegen. De twee soorten die het meeste worden gevangen zijn: Daphnia pulex, die 1-2 mm groot wordt en Daphnia magna, met een maximale grootte tot 6 mm. De grootste concentraties vindt men steeds op de grens van zon en schaduw, alsmede in de luwte van een brug, oever enz. van organisch verontreinigd water met een rijke algenflora. Bij lage temperaturen bevinden ze zich dichter bij de bodem en moeten ze door ‘achtjes’ te draaien naar boven worden gewerveld. Ze worden droog in het schepnet vervoerd of in een plastic emmer met deksel. Thuisgekomen wordt de vangst in een emmer gedaan; dode dieren en parasieten, zoals bloedzuigers en hydra’s, zinken naar de bodem en kunnen worden afgeheveld.

Cyclops.
Cyclops of eenoogkreeftjes worden meestal samen met watervlooien gevangen, al leven ze in diepere waterlagen. Ze komen in vrijwel alle wateren voor die rijk zijn aan plankton en zijn zelfs in de wintermaanden soms in grote aantallen te vangen. De algemeenste soort bereikt een lengte van circa 3 mm. Ze bezitten een zeer hoge voedingswaarde. Hun microscopisch kleine larven, de naupliën, vormen een bijzonder geschikt opfokvoer voor jonge vissen en zijn voor de opfok van jonge glasbaarzen (chanda lala) vermoedelijk zelfs onontbeerlijk. Daar ze echter zeer snel groeien en volwassen roofzuchtig zijn ten opzichte van jonge vis, moet men nooit meer voeren dan in korte tijd door de visjes wordt verorberd.

Tubifex.
Deze roodachtige wormen, 1-6 cm lang, leven in grote massa’s in de bodem van sterk vervuilde wateren. Daar ze altijd in de aquariumwinkel te koop zijn, zullen maar weinig mensen ze zelf gaan vangen. Ze vormen een goed voedsel, mits met mate gevoerd vanwege het hoge eiwitgehalte. Ook moet men geen grote hoeveelheden in de bak strooien, daar eenmaal in de grond gekropen tubifex er zelden geheel door vissen kunnen worden uitgetrokken, waarna de restanten in de bodem tot bederf overgaan. Zowel gekochte als gevangen tubifex moet zorgvuldig gereinigd worden. Tubifex bewaart men in een ondiepe schaal onder stromend water, de waterspiegel moet zo hoog komen dat de tubifex net aan onder water staat. De kluit moet regelmatig worden gekeerd om dode wormen weg te laten spoelen.

Muggenlarven.
Voor alle drie van belang zijnde soorten (rode, witte en zwarte muggenlarven) geldt dat ze een uitstekend voedsel vormen voor onze aquariumvissen, met name voor de oppervlaktebewoners. Vissoorten met een kleine bek kunnen er soms wat moeite mee hebben ze naar binnen te werken, terwijl men met jonge vis voorzichtig moet zijn: ze kunnen gemakkelijk in een muggenlarve stikken. De rode muggenlarve leeft in ondiepe wateren met een modderbodem en is moeilijk te vangen, maar wordt in de handel veelvuldig aangeboden. Ze bezitten een grote hoeveelheid bloedvloeistof, waardoor ze in staat zijn in zeer zuurstofarme omstandigheden te leven. Ze zijn daarom uitstekend op een koele plaats, gewikkeld in vochtige kranten, te bewaren. Witte muggenlarven of glaslarven zijn de larven van de dansmug. Ze leven in helder, stilstaand water, waar men ze onder gunstige omstandigheden in grote aantallen kan vangen. In water en koel en donker geplaatst kunnen ze zeer lang in leven worden gehouden. De zwarte muggenlarve komen van de steekmug en vangt men van het voorjaar tot in de herfst in stilstaand, ondiep water. Gezeefd vormen ze ook voor jonge vissen uitstekend voedsel.
Laatst gewijzigd door Biancab op 23 mar 2009 10:26, 1 keer totaal gewijzigd.
Grtzz Bianca


*******************************************************
Trek wel een duikpak aan en maak van mijn huis een aqua...

Gebruikersavatar

Kees Zuid-Holland
Oud teamlid
Oud teamlid
Berichten: 8484
Lid geworden op: 27 okt 2007 23:50
Locatie: Hendrik Ido Ambacht

Re: Voedsel voor vissen.

Bericht door Kees »

Mooi artikel.
Just A Traveller In Time
Keessies bakkie

Gebruikersavatar

Coby

Re: Voedsel voor vissen.

Bericht door Coby »

Weer veel goede info... :D

Gebruikersavatar

Onderwerp auteur
Biancab
400-600
400-600
Berichten: 587
Lid geworden op: 15 mar 2008 19:17
Locatie: Lisserbroek

Re: Voedsel voor vissen.

Bericht door Biancab »

vervolg levendvoer...

Micro-aaltjes.
Het micro-aaltje (anguillula silusiae, s................
Laatst gewijzigd door Biancab op 14 apr 2014 08:34, 3 keer totaal gewijzigd.
Reden: Heb even de artikelen samengevoegd
Grtzz Bianca


*******************************************************
Trek wel een duikpak aan en maak van mijn huis een aqua...

Gebruikersavatar

AquaMartin
400-600
400-600
Berichten: 410
Lid geworden op: 17 sep 2014 14:52

Re: Voedsel voor vissen.

Bericht door AquaMartin »

Goed artikel, heb er veel van geleerd!

Plaats reactie

Terug naar “Voedsel”